Sinquatis

Sinquatis was een god die vereerd werd bij het Belgische Gérouville. Hij werd gelijkgesteld met de Romeinse bosgod Silvanus, en was dus waarschijnlijk ook een god van het woud. Zijn naam duidt echter misschien op een connectie met water, en wellicht was hij een god van genezende wateren. Hij werd mogelijk vereerd in een veel groter gebied.

Foto van een beekje in het bos

Wat we weten

De naam van de god Sinquatis – ook wel gelezen als Sinquas en Sinquates – is bekend dankzij twee inscripties die in 1847 in het Belgische Gérouville (Luxemburg) werden gevonden. Beide inscripties zijn in brons gewerkt.
De eerste inscriptie staat op een bronzen plaatje en luidt: “DEO SINQUATI L(UCIUS) HONORATIUS AUNUS V(OTUM) S(OLVIT) L(IBENS) M(ERITO)”, oftewel: “Aan de god Sinquatis heeft Lucius Honoratius Aunus zijn belofte ingelost, gaarne en met reden.”[1]

In de tweede inscriptie wordt de god aangeroepen als Silvanus Sinquatis. Deze inscriptie staat op de sokkel van een bronzen beeldje, waarvan nu alleen nog de onderste helft over is. Het beeld toont het naakte onderlichaam van een jongeman. De inscriptie luidt: “DEO SILVANO SINQU(ATI) PATERNIUS PRO SALUTE EMERITI FILI SUI VO(TUM) S(OLVIT) L(IBENS) M(ERITO),” in het Nederlands: “Aan de god Silvanus Sinquatis heeft Paternius, voor de gezondheid van zijn zoon Emeritus, zijn belofte ingelost, gaarne en met reden.”[2]

Theorieën

Naam en functie

Sinquatis was vermoedelijk een lokale woudgod. Silvanus, met wie hij geïdentificeerd wordt op één van de twee inscripties, was immers een Romeinse bosgodheid, en het gebied rond Gérouville moet indertijd al bosrijk zijn geweest.

De naam Sinquatis is op verschillende manieren uitgelegd. Eén mogelijkheid is een connectie met de Proto-Indo-Europese stam *sengu, ‘vallen’ of ‘zinken,’ waarvan ook het Nederlandse woord zinken. Er zijn verschillende pogingen gedaan deze betekenis met een functie als woudgod te verenigen; Paul Lebel zoekt het met een Keltische stam *sinkw-, ‘diep’ of ‘diepgaand,’ Garett Olmsted denkt aan een mogelijke referentie naar een laagliggend moerasbos – iets wat evenwel onwaarschijnlijk is in de omgeving van Gérouville.[3],[4] De semantische relatie tussen ‘zinken’ en ‘bos’ blijft echter moeilijk.

Een andere etymologie verbindt Sinquatis met de naam van de Gallische godin van de Seine, Sequana. De naam zou dan afkomstig zijn van het Proto-Indo-Europese *seiku-, ‘gieten.’ Dat zou van Sinquatis een watergodheid maken.[5]

Die mogelijkheid is interessant, omdat de tweede inscriptie uit Gérouville gemaakt werd door iemand “voor de gezondheid van zijn zoon.” In de Keltische religie waren er verschillende genezingsgodheden die verbonden waren met het water – zie bijvoorbeeld ook Grannus. Het water van hun heilige bronnen had helende krachten.[6] Was Sinquatis dan ook een god van genezend water?

Plaatsnamen

Was er dan ook ergens een heilige Sinquatis-bron? In de omgeving van Gérouville zijn verschillende bronnen; enkele of allemaal kunnen aan Sinquatis gewijd zijn geweest. Nabij Gérouville vinden we ook de plaatsnaam Séquewé, ouder Sinqué, die zowel voor een dorp als voor een stroom gebruikt werd (en tegenwoordig voor een bos).[7] Die naam is waarschijnlijk een verbastering van Saint-Coweit, maar is ook wel in verband gebracht met Sinquatis. Wellicht was het ooit een oude heilige plaats en/of rivier.

Maar ook in een groter gebied vinden we plaatsnamen die wellicht van de naam Sinquatis afkomstig zijn, allen in Frankrijk: Sancaize (Nièvre), Sommecaise (Yonne) en Cinqueux (Oise). Dat zou kunnen betekenen dat Sinquatis niet alleen in de directe omgeving van Gérouville vereerd werd, maar een god van enig belang was in een wijdere regio.[8]

Referenties
[1] CIL XIII 3969
[2] CIL XIII 3968
[3] Jacques Lacroix, Les Noms D’origine Gauloise, La Gaule Des Dieux (Parijs: Editions Errance, 2003), 37. https://archive.org/details/LesNomsDorigineGauloiseLaGauleDesDieuxJacquesLACROIXCs/page/n35/mode/2up
[4] Garrett Olmsted, “Sinquatis,” in The gods of the Celts and the Indo-Europeans (revised edition 2019) (oorspronkelijke publicatie: Innsbruck, 1994), 433. https://www.academia.edu/38135817/The_Gods_of_the_Celts_and_the_Indo_Europeans_revised_2019_
[5] Lacroix, Les Noms D’origine Gauloise, 71.

[6] Miranda Green, Symbol and imagery in Celtic religious art (London: Routledge, 1992).
[7] François Houzelle, “Breux: son histoire et sa seigneurie,” in Mémoires de la Société des lettres, sciences et arts de Bar-le-Duc. Tome VII (Bar-le-Duc: Contant-Laguerre, 1898), 141, 177-178. https://archive.org/details/MemoiresDeLaSocieteBarLeDuc1898/page/n227/mode/2up?
[8] Lacroix, Les Noms D’origine Gauloise, 71.