Arduinna wordt vaak de godin van de Ardennen genoemd, maar er is eigenlijk helemaal niet zo veel wat we met zekerheid over haar kunnen zeggen. Misschien werd ze geïdentificeerd met Diana, misschien werd ze nog tot in de zesde eeuw vereerd in de Ardennen – maar misschien ook niet. In ieder geval was haar naam Keltisch van oorsprong en betekende zoveel als ‘hoogte.’

Wat we weten & Theorieën
In het geval van de godin Arduinna is er zo weinig wat we zéker weten, dat ik hier de kopjes van feiten en theorieën heb samengevoegd.
De godin Arduinna is bekend dankzij één of mogelijk twee Latijnse inscripties. Daarnaast zijn er enkele gevallen waar de godin mogelijk wordt afgebeeld of genoemd.
Votiefaltaar uit Gey
De eerste inscriptie (CIL XIII 7848) staat op een votiefaltaar dat in 1859 gevonden werd in het Duitse Gey (Nordrhein-Westfalen). De inscriptie luidt: “DEAE ARDBINNAE T(ITUS) IULIUS AEQUALIS S(OLVIT) L(IBENS) M(ERITO),” in het Nederlands: “Aan de godin Ardbinna heeft Titus Julius Aequalis (zijn gelofte) ingelost, gaarne en met reden.”[1] In provincielatijn komt de vervanging van een B voor een V/U vaker voor: hier kan dus gemakkelijk Deae Arduinnae bedoeld worden.[2]
Bij het altaar werden onder andere ook resten van bakstenen en scherven gevonden, wat tot de theorie heeft geleid dat hier een tempel heeft gestaan, waarin offers werden gebracht in offerschalen. Dit wordt echter met de grond gelijkgemaakt door Nico Biermanns: hij beargumenteert op basis van recentere ontdekkingen dat de plaats een pottenbakkerij was. Volgens hem is het mogelijk dat Titus Iulius Aequalis de godin dankte voor de veilige transportatie van zijn koopwaren naar Brittannië.[3]
Dit is de enige attestatie van Arduinna die zeker is; de volgende gevallen zijn twijfelachtig tot onwaarschijnlijk.
Votiefaltaar uit Rome
De mogelijke tweede vermelding staat op een inscriptie op een votiefaltaar met de namen en afbeeldingen van vijf goden, gevonden in Rome (CIL VI 46). De inscriptie werd gemaakt door een Galliër van de stam van de Remi,[4] die niet ver van de Ardennen woonden. Wat er precies gebeurd is met dit reliëf is niet duidelijk, maar zeker is dat het op een gegeven moment beschadigd is geweest en later hersteld langs de breuk, die over de linkerzijde van de afbeelding loopt. De vraag is echter of het hersteld is in de oorspronkelijke staat.
Op een zestiende-eeuwse tekening van het reliëf zijn de eerste twee genoemde goden namelijk Arduinna, met een afbeelding van een jageres met boog en pijlen (zoals Diana) eronder, en Camulus, een andere Gallische god. Op de huidige herstelde variant staan echter als eerste twee goden Saturnus en Mars, en zijn de Gallische goden nergens te bekennen.

Bron: Epigraphic Database Clauss / Straby

Bron: Musei Vaticani
Het is echter de tekening die vermoedelijk vals is. Er is geen verschil te zien tussen de steensoort aan de linker- en rechterkant van de breuk, en de schoenen van Saturnus – die op het rechterdeel van het reliëf staan – komen niet overeen met de schoenen van Arduinna op de tekening. De tekening werd waarschijnlijk gemaakt toen alleen het rechterdeel aanwezig was, waarbij het linkerdeel vrij werd ingevuld. Het is ook mogelijk dat de tekening met opzet vervalst werd.[5]
Wel is het de vraag hoe een vervalser de naam Arduinna kon kennen, gezien het feit dat de votiefsteen uit Gey pas drie eeuwen later gevonden werd. Uit de zestiende eeuw is echter wel een vervalser bekend die de naam Ardoinna bedacht; wellicht kan dit het voorkomen van Arduinna op de tekening verklaren.[6] Al met al is de tekening waarschijnlijk inderdaad vals.
Diana op de bergtop
In het zesde-eeuwse Historia Francorum (VIII.15) van Gregorius van Tours wordt beschreven hoe de bevolking van het gebied rondom het huidige Florenville een beeld van de godin Diana aanbidden, en uiteindelijk op aandringen van de diaken het beeld naar beneden halen.[7] Omdat op de bovengenoemde tekening van het reliëf Arduinna is afgebeeld als Diana, is deze passage wel met Arduinna in verband gebracht. Nog los van het probleem dat Arduinna en Diana waarschijnlijk niet met elkaar kunnen worden vereenzelvigd, is het nog maar de vraag of deze godin eeuwenlang ononderbroken werd vereerd. Het is mogelijk, maar niet heel waarschijnlijk dat deze Diana op de bergtop Arduinna was.
Het everzwijnbeeldje
Tot slot werd er in de 19e eeuw een bronzen beeldje van een jageres op een everzwijn gevonden, dat door de vinder tot een beeldje van Arduinna werd uitgeroepen. De enige aanwijzingen hiervoor echter zijn de vermeende identificatie van Arduinna met Diana, die zoals hierboven beschreven op zeer losse schroeven staat, en het feit dat het huidige symbool voor de Ardennen een everzwijn is. Het beeldje is daarnaast waarschijnlijk afkomstig uit de Jura. Al met al heeft dit beeldje waarschijnlijk niets te maken met Arduinna.[8]
Naam
Over één ding zijn de meeste geleerden het eens: de naam Arduinna komt van het Keltische *arduo-, wat ‘hoog’ betekent. De naam van de Ardennen – door Julius Caesar reeds beschreven als Arduenna silva – is van dezelfde stam afgeleid. Arduenna silva was echter tevens een algemene term voor ‘beboste hoogte,’ en werd ook gebruikt in de betekenis van ‘bos’. Er zijn meerdere locaties in Frankrijk en andere gebieden waarvan de naam dezelfde oorsprong heeft, zoals Ardena in Italië.[9] Op basis van de naam alleen hoeft Arduinna dus niet per se direct met de Ardennen verbonden te zijn. Als ze dat wel was, was ze een personificatie van het gebergte, en past ze in het rijtje van de talloze plaats-godheden uit deze omgeving.

Bron: Axel Kirch, Wikimedia Commons
[1] “Ardbinna,” Keltische Götternamen in den Inschriften der römischen Provinz Germania Inferior, http://gams.uni-graz.at/o:fercan.29 [2] Biermanns, Nico, “Auf den Spuren der Dea Arduinna. Eine Auswertung der Forschungserkenntnisse zu einer keltischen Lokalgottheit,” (2016): 9. https://www.researchgate.net/publication/323425395_Auf_den_Spuren_der_Dea_Arduinna_Eine_Auswertung_der_Forschungserkenntnisse_zu_einer_keltischen_Lokalgottheit [3] Idem, 9-11. [4] Epigraphik Datenbank Clauss/Slaby, http://db.edcs.eu/epigr/epi_einzel.php?s_sprache=en&p_belegstelle=CIL+06%2C+00046&r_sortierung=Belegstelle [5] Biermanns, “Auf den Spuren der Dea Arduinna,” 3-6. [6] Ibid. [7] Gregorius van Tours, Historia Francorum VIII.15, vertaald door Earnest Brehaut, https://sourcebooks.fordham.edu/basis/gregory-hist.asp#book8 Vertaald uit het Engels door Ondergetekende. [8] Simone Deyts, “Variations sur le thème animal,” in Images des dieux de la Gaule (Parijs: Editions Errance, 1992), 46-47. [9] Xavier Delamarre, “arduo-,” in Dictionnaire de la langue gauloise: une approche linguistique du vieux-celtique continental (Parijs: Editions Errance, 2003), 52-52. |